‘Ik ben een dankbaarder mens geworden’

16-09-2020 | 12:00

‘Zolang het je agenda niet raakt, is het allemaal best idealistisch om je als vrijwilliger in te zetten voor vluchtelingen. Op het moment dat je toezegt om op 23 januari van negen tot één te komen, ja, dan is het wel echt.’

Een vriendin stelde haar een paar jaar geleden de vraag: ‘Als later je neefjes en nichtjes of je kinderen vragen: wat heb jij gedaan tijdens de vluchtelingencrisis van 2015? Wat antwoord je dan?’ Dat gesprek zette Jantine aan om zich aan te melden als Ready2Helper bij de Hulppost Beverwaard. Toen ze goed en wel was ingeschreven en ‘goedgekeurd’ als vrijwilliger, was de grote hoos eigenlijk over. Maar er bleef genoeg te doen. Energiek vervolgt ze: ‘Weet je, in mijn werk als IC-verpleegkundige doe ik al veel zorg.’

‘Die eerste keer was op een dinsdag. Ik moest er om 8:30 uur zijn en m’n paspoort meenemen. Ik houd wel van nieuwe dingen. Dus ik ging er opgewekt naartoe. Ik kreeg zo’n Ready2Help-hesje aan. Je weet wel, zo’n XXL ding. Vreselijk. Maar goed, je weet dat dat moet. Dat je herkenbaar moet zijn.’ Jantine begon met koffiezetten en toen kwamen al die mensen uit de bus; gezinnen uit Turkije. ‘Die dag heb ik veel gespeeld met de kinderen. Mijn rol is daar een gastvrouw te zijn. Ik zorg dat de mensen genoeg te drinken krijgen, zeker op warme dagen. Als die kinderen uit de bus komen: meteen limonade. Lekker zoet.’

‘Soms zie ik ook veel eenzame mensen.’ Jantine gaat dan bij iemand zitten en begint een praatje. Wat ze vinden van Nederland, van het weer, van de natuur. ‘Soms vraag ik waar ze vandaan komen. Maar ik zorg wel dat het gesprek niet de kant opgaat van een interview. Want dat gesprek met de politie, daarvoor zijn ze in de Beverwaard. Ik vertel daarom ook over mezelf. Dat ik in Rotterdam woon. Wat voor werk ik doe.’ Jantine heeft al vaak tekeningetjes gemaakt. ‘Ik leg dan uit: kijk, dit is Nederland. Hier is Ter Apel. Je bent nu in Rotterdam, dat ligt hier. En straks ga je naar Budel. Dat ligt in het zuiden.’

‘De ochtenddiensten vind ik het leukst. Lekker actief: koffie zetten, het gezellig maken. Dan neem ik koekjes mee of vrolijke servetjes. Ik wil graag dat het er gezellig uitziet. Dat vind ik leuk. Ik loop ook de hele tijd met een doekje rond. Ja, om te poetsen. Alle tafeltjes maak ik steeds schoon. Daar houd ik van. En op die manier kom ik ook bij iedereen langs.’

De hopeloosheid van de situatie van sommigen. Jantine vindt dat aangrijpend. Er was een jongen die heel graag naar Canada wilde. Hij was een keer afgewezen, kwam in de illegaliteit, werd opgepakt en moest opnieuw door de procedure. De kans dat zijn droom zou uitkomen was niet groot. ‘Ik zeg er dan niks over, maar de wanhoop van zo’n jongen. Die voel ik.’ Heel soms geeft ze advies: maak ook een Plan B, zet niet al je zinnen op dat ene doel. ‘Daar ben ik heel voorzichtig mee. Ik laat het een keer vallen en dan laat ik het los. Ik duw er niet op door.’

Vlak voor Kerst hielp Jantine een dag bij de Voedselbank. ‘Als een malle al die spullen in kratten staan doen, aardappels inpakken. Stond ik daar met een gepensioneerde advocaat, een huisvrouw en iemand die in de Botlek werkt. We hadden zo’n lol die dag!’ Ze lacht uitbundig. ‘Dat vind ik geweldig van Ready2Help. Je komt op plekken waar je anders nooit komt, terwijl de maatschappelijke discussie vaak gaat over wat er op zo’n locatie gebeurt. En dan sta je daar spinazie te verdelen en wordt het ineens heel concreet.’

‘Dit vrijwilligerswerk geeft me levenswijsheid. Toen ik ging verhuizen, bijvoorbeeld. Ik ben iemand die heel graag met interieur bezig is. Maar op zeker moment dacht ik: “Hou eens op met bezig zijn met jezelf. Het leven van deze mensen zit in één koffer.” Als je steeds maar met je eigen dingetjes bezig bent, raak je zo opgebrand van jezelf. Zo vervuld. Dan kom je niet meer tot nieuwe inzichten.’

Een van haar inzichten is: geven is ook ontvangen. ‘Ik krijg veel terug voor de gastvrijheid die ik geef. Vrolijkheid en vriendelijkheid. Dat doet me goed.’ En het werk in de Beverwaard relativeert haar blik op het leven. ‘Ik houd enorm van shoppen. Er ligt altijd wel iets in de kast dat ik nog nooit heb gedragen. Op zich is het kopen niet minder geworden. Maar wel de onrust erover. Ik ben een dankbaarder mens geworden.’

Tekst: Aleid Bos
Foto: Rienk Boode